Het gaat niet om sekse, het gaat om gender
Door Janine Janssen en Katrien de Vaan
Dit artikel verscheen in andere vorm eerder in Sociale Vraagstukken
De koppeling van specifieke rollen en verwachtingen bij mannen en vrouwen – gender – leidt tot ongelijkheid in macht en afhankelijkheid. Traditioneel betekent dit dat vooral mannen beschikken over maatschappelijke macht en financiële middelen en dat in relaties andere dingen van mannen dan van vrouwen worden verwacht.
Geen zwart-wit verhoudingen
In de veiligheidszorg wordt gender vaak versmald tot vrouwelijk slachtofferschap. Voor vrouwen die geweld plegen of voor mannen die slachtoffer van geweld worden, is beduidend minder aandacht. Dat is vreemd. Want hoewel vrouwen inderdaad vaker als slachtoffer in beeld komen, zijn de verhoudingen niet zwart-wit.
Uit de prevalentiemonitor huiselijk geweld 2022 blijkt dat slachtofferschap van fysiek geweld in de huiselijke kring nagenoeg even vaak voorkomt bij vrouwen als bij mannen. Biseksuele personen zijn vaker slachtoffer dan heteroseksuele personen.
Bijna een derde van de personen die aangeven in de afgelopen 12 maanden slachtoffer te zijn geweest van fysiek geweld in de huiselijke kring, geeft aan dat de partner dader was. Dit betreft vrijwel even vaak een vrouwelijke als mannelijke partner. Ook broers worden naar verhouding vaak genoemd als pleger van fysiek geweld. Bij vrouwelijke slachtoffers is de pleger vaker man (63 procent) dan vrouw (14 procent), terwijl voor mannelijke slachtoffers de pleger vaker vrouw is (29 procent man tegen 49 procent vrouw). Het percentage dat zowel met mannelijke als vrouwelijke plegers te maken krijgt verschilt niet naar geslacht.
Vrouwen geven iets vaker aan slachtoffer van dwingende controle te zijn geweest dan mannen: 6 tegen 4 procent. Verder zijn biseksuele vrouwen (11 procent) vaker slachtoffer dan heteroseksuele vrouwen en heteroseksuele mannen (respectievelijk 5 en 4 procent).
Wanneer er specifiek wordt gekeken naar de onderliggende hoofdcomponenten van dwingende controle blijkt dat vrouwen iets vaker slachtoffer zijn van dreiging/intimidatie (5 procent) dan van sociale controle (3 procent). Bij mannen is er geen verschil tussen beide componenten van dwingende controle. (Bron: Prevalentiemonitor HGSG 2022, CBS)
Aandacht voor gender onontbeerlijk
Maar het gaat niet alleen om de cijfers. Wat we vooral naar voren willen brengen is dat gender het ontstaan van geweld in de kaart speelt met de hierboven genoemde cijfers als uitkomst. Als we ons dat beter realiseren, dan biedt dat waardevolle aanknopingspunten voor de aanpak van al dit geweld.
Bij die aanpak wordt huiselijk geweld niet als de daad van één persoon gezien, maar als een fenomeen dat zich in wisselwerking tussen verschillende gezinsleden – het systeem – voordoet. Geweldplegers worden niet alleen als daders neergezet, maar tevens betrokken bij de oplossing van het structurele geweld.
Binnen een systeemgerichte aanpak is aandacht voor gender onontbeerlijk. Gender speelt immers een rol in de machtsverhoudingen tussen mensen, en in hun wederzijdse verwachtingspatronen. Het weerspiegelt de opvattingen over man- en vrouw-zijn die bijdragen aan het ontstaan en in stand houden van het geweld.
Daarbij zijn verschillende niveaus te onderscheiden, dat van de samenleving, sociaal milieu en netwerk, die ervoor zorgen dat mannen en vrouwen zich naar bepaalde verwachtingen gedragen, met navenante verschillen in macht en afhankelijkheid.
Ook is er het niveau van de concrete casus waarop de zojuist genoemde verschillen leiden tot bepaald gedrag, maar ook in zichzelf kunnen leiden tot conflicten wanneer iemand niet aan de eigen dan wel andermans verwachtingen voldoet.
Juiste vragen stellen
Als we geweld in de intieme sfeer effectief aan willen pakken, dan dienen we een genderanalyse van dit geweld te maken: welke verwachtingen over het gedrag van mannen, vrouwen en andere genders, agressie in de hand werken. Denk bijvoorbeeld aan de ontkenning van de gelijkwaardigheid van vrouwen en mannen. Of het prijzen van de viriliteit van mannen en de maagdelijkheid van vrouwen. Er zijn legio voorbeelden te bedenken van ideeën en aannames die een negatieve invloed hebben op machtsongelijkheid tussen verschillende genders.
Voor de analyse van huiselijk geweld moeten we dus kijken hoe opvattingen over gender kunnen leiden tot geweld in de relatie, in het gezin of in de (extended) familie. De systeemgerichte benadering, die voor huiselijk geweld en kindermishandeling als norm geldt, biedt daartoe uitstekende handvatten.
Tot slot, willen we nogmaals benadrukken dat het te simpel is om de rol van gender bij huiselijk geweld te versmallen tot mannelijke daders en vrouwelijke slachtoffers. Om de werking van gender bij huiselijk geweld goed te kunnen zien, moeten we de complexiteit van de relaties, waarin huiselijk geweld speelt, onderkennen en de juiste vragen stellen. Doen we dat niet, dan doen wij zowel daders als slachtoffers tekort, omdat we hun beider kwetsbaarheid niet her- en erkennen.
Janine Janssen
Janine Janssen is hoofd onderzoek Landelijk Expertisecentrum Eergerelateerd Geweld van de Nationale Politie. Ze is tevens lector Veiligheid in Afhankelijkheidsrelaties bij Avans Hogeschool en de Politieacademie plus bijzonder hoogleraar Rechtsantropologie aan de Open Universiteit.
Katrien de Vaan
Katrien de Vaan is adviseur en projectleider bij Regioplan.