Interview met onderzoeker
Vivienne de Vogel
"Vrouwen sneller geneigd om te controleren en te kleineren"
Wie zijn de vrouwen die ernstig geweld toepassen? Waarin verschillen ze van mannelijke plegers? En hoe kijken we als samenleving naar vrouwelijke daders? Het is een van de onderzoeksgebieden van prof. dr. Vivienne de Vogel. Zij is psycholoog en werkt al 25 jaar in de forensische zorg bij de Van der Hoeven Kliniek in Utrecht.
Wie zijn die vrouwen die ernstig geweld plegen?
“Dat is een mooie vraag, maar daar heb ik niet één antwoord op. Ik werk bij een gemengde kliniek waar we patiënten behandelen met een tbs-maatregel of een civielrechtelijke maatregel. We leren hen – zogezegd – hoe ze op een verantwoordelijke manier kunnen leven. Dus veilig voor een ander en voor zichzelf, zoals we dat dan noemen.”
“De vrouwen vormen een kleine groep; een echte minderheid ten opzichte van de mannen. Sinds 2012 doen we in de kliniek onderzoek naar genderverschillen. Onder de vrouwen speelt trauma een belangrijke rol, merken we. Eigenlijk is bijna iedereen zelf ook slachtoffer geweest van geweld of misbruik. Het gaat om complexe psychiatrische problemen. We zien bijvoorbeeld borderline persoonlijkheidsstoornissen en vormen van zelfbeschadiging. Maar ook verslaving en financiële problemen spelen mee. Veel vrouwen hebben bovendien in de prostitutie gewerkt.”
“Ook bij de vrouwen gaat het om ernstige delicten, maar die verschillen van mannen. Vrouwen pakken minder snel naar een vuurwapen of mes, bijvoorbeeld. En over het algemeen richt geweld door vrouwen zich meer op de nabije omgeving: de partner, kinderen, familieleden. Bij mannen gebeurt er vaker iets buitenshuis. Dus bijvoorbeeld in het uitgaansleven. Als motief voor geweld speelt bij vrouwen vaker jaloezie of een relatiebreuk een rol. Bij mannen is dat vaker geld, macht of status.”
Waarom doe jij hier onderzoek naar?
“Ik denk dat de samenleving, maar zeker ook de hulpverlening baat heeft bij meer kennis over verschillen tussen daders. De aandacht gaat nog te vaak uit naar mannen. Zowel in de behandeling als bij de risico-inschatting. Dat wordt deels ook ondersteund door cijfers, want in de forensische zorg is slechts 7 procent een vrouw.”
“Toch spelen bij vrouwen vaak andere omstandigheden een rol. Wat ik al zei: de vrouwen die wij behandelen zijn zelf vaak slachtoffer geweest van geweld of seksueel misbruik, vaker dan mannen. Die verschillen zijn er, maar krijgen niet altijd aandacht. Daarom ben ik mij binnen de kliniek op vrouwen gaan richten.”
Hoe is die man-vrouwverdeling bij partnergeweld?
“Daar is ongeveer 17 procent van de opgepakte daders een vrouw, maar we weten dat bij partnergeweld bijna altijd wederkerigheid speelt. Iemand is nooit alleen dader of alleen slachtoffer; het geweld komt vaak van beide kanten. Maar goed, dat zie je niet altijd terug in de cijfers en dat heeft deels met beeldvorming te maken.”
“In het algemeen kun je stellen: we vinden het moeilijk om vrouwen als dader te zien. Zoals we het ook ingewikkeld vinden om een man als slachtoffer te beschouwen. Mannen worden soms uitgelachen en niet goed geholpen als ze te maken hebben met partnergeweld. Het zorgt er zelfs voor dat mannen minder snel hulp zoeken. Dat moet echt veranderen.”
“Vrouwen maken zich juist vaker schuldig aan emotionele verwaarlozing of emotioneel misbruik."
Waarin verschillen mannen en vrouwen bij partnergeweld?
“Uitgaande van wederkerigheid wordt het meer een fiftyfifty-verhaal. Kortom, beide partijen hebben evenveel aandeel. Het verschil is dat vrouwen minder snel fysiek geweld plegen met ernstig letsel tot gevolg. Dus je kunt ook zeggen: wat mannen doen valt meer op.”
“Vrouwen maken zich juist vaker schuldig aan emotionele verwaarlozing of emotioneel misbruik. Dat kan ook enorm schadelijk zijn, maar is minder zichtbaar voor de omgeving. In de kliniek merken we dat vrouwen sneller geneigd zijn om te manipuleren. Je moet als behandelaar beter opletten wat er speelt. Er zijn natuurlijk allerlei uitzonderingen mogelijk, maar je ziet ook dat vrouwen sneller geneigd zijn om te controleren en te kleineren.”
“Met andere woorden: als je inzoomt op de situatie, dan merk je dat vrouwen óók gewelddadig kunnen zijn binnen relaties, maar minder fysiek. Het komt van twee kanten, daarom is het goed dat het klassieke beeld van de man als dader gaat veranderen. Het ligt allemaal veel subtieler. Als partners reageer je op elkaar en daarom wordt een partner tegenwoordig ook meegenomen in onze behandeling.”
Vivienne de Vogel (1973) werkt als onderzoeker bij De Forensische Zorgspecialisten en publiceerde in 2017 het boek Geweld door vrouwen (uitgeverij Boom), waarin zij een inkijkje geeft in de dagelijkse praktijk van een tbs-kliniek. Tevens is zij lector Werken in Justitieel Kader bij de Hogeschool Utrecht en bijzonder hoogleraar Forensische zorg aan de Universiteit Maastricht.
Trauma speelt een grote rol bij vrouwen die ernstig geweld plegen, blijkt uit onderzoek (november 2015) in de kliniek. Ruim de helft van de vrouwelijke patiënten (52 procent) is als kind seksueel misbruikt. Bij mannelijke geweldplegers ligt dat percentage een stuk lager; op 26 procent. Bijna 40 procent van de vrouwen heeft als volwassene zelf te maken gehad met lichamelijk geweld, tegenover 12 procent van de mannen.
Uit datzelfde onderzoek blijkt dat bij ruim 60 procent van de vrouwen sprake is van de persoonlijkheidsstoornis borderline. Bij mannen is dat 15 procent. Bij zowel vrouwen als mannen in dit onderzoek geldt dat zij relatief laag zijn opgeleid en werkloos waren ten tijde van het delict. De meerderheid werd in Nederland geboren. Wanneer een man voor het eerst wordt veroordeeld, betreft dat vaker een seksueel delict. Terwijl bij vrouwen brandstichting vaker voorkomt. Ook zijn vrouwen bij een eerste delict gemiddeld genomen ouder dan mannen: vrouwen 24.9 jaar, mannen 20.8 jaar.
Vivienne de Vogel
Waaraan merk je dat die beeldvorming rond vrouwen en mannen vaak onjuist is?
“Je zag het ook in coronatijd. In de media verschenen opeens berichten over vrouwen die mogelijk thuis kwamen te zitten met hun agressieve mannen. Toen dacht ik wel: Ho eens even, dat kan ook maar zo andersom zijn. Waarom is de vrouw altijd het slachtoffer? We redeneren nog veel te vaak vanuit stereotype denkbeelden. Bij ongewenst gedrag op straat moet een man ook veel vaker mee met de politie en wordt een vrouw juist sneller naar de psychiatrie gebracht.”
“Nog zoiets: vrouwen krijgen over het algemeen lagere straffen. Dat heeft ook te maken met hun verbale vaardigheden. Ze kunnen doorgaans beter uitdrukken wat ze voelen of waar ze tegenaan lopen. Daardoor ontstaat sneller sympathie of begrip voor hun situatie.”
Wat zou je willen zeggen tegen mannen die met partnergeweld te maken krijgen?
“Het belangrijkste vind ik dat ze zichzelf ook als slachtoffer leren zien. Veel mannen denken al snel: Ik was ook niet zo aardig, dus… Mannen kunnen ook bang zijn om hun kinderen kwijt te raken. Zo van: Oh, als ik nu iets zeg, dan gaat zij misschien een rechtszaak starten, en die gaat ze winnen, en dan mag ik mijn kinderen niet meer zien. Dus voor mannen is het belangrijk om zichzelf sneller te erkennen als slachtoffer. De beeldvorming kunnen we veranderen door in de media vaker het andere verhaal te vertellen.”
Waar richt jouw toekomstig onderzoek zich op?
“Ik wil het onderzoek in de kliniek meer afstemmen op verschillende genders en niet alleen op mannen en vrouwen. Neem bijvoorbeeld transgenders, van wie we nu ook een aantal in behandeling hebben. Het is een groep waarover nog niet zoveel bekend is.”
“Daarnaast kijken we naar thema’s als zelfbeschadiging. Ook wil ik iets doen met het hoge sterftecijfer onder vrouwen in onze kliniek. Van mijn onderzoeksgroep is inmiddels 18 procent overleden met een gemiddelde leeftijd van 44 jaar. Ik wil graag onderzoeken hoe we de behandeling voor deze groep nog beter kunnen maken.”